Kathalijne Buitenweg, Voorzitter Tijdelijke Tweede Kamer Commissie Digitale Toekomst, nam de Nationale Cyber Security Educatie Agenda virtueel in ontvangst. ‘Toen de tijdelijke commissie Digitale Toekomst eind vorige zomer werd ingesteld, zag niet iedereen daar de noodzaak van in. We deden tenslotte toch al hier en daar iets aan digitalisering?
En dat klopt, maar iedereen doet dat er maar zo’n beetje bij. Het is een klein onderdeel van je portefeuille onderwijs, of van justitie. Maar net zoals bij een onderwerp als klimaat moet er ook ergens een vaste commissie zijn waarbinnen specifieke expertise wordt opgebouwd, en die kan fungeren als aanspreekpunt voor belangenorganisaties. De coronacrisis heeft ons als Tweede Kamer met de neus op de feiten gedrukt dat we niet voorbereid waren op alle vragen rondom apps, digitaal samenwerken, en digitale veiligheid. Ons eindrapport, waarin we onder andere pleiten voor een vaste commissie voor Digitale Zaken, werd onlangs dan ook heel positief ontvangen. Deze onderwijsagenda komt daar op een mooi moment bovenop. Ik neem hem mee, en zal hem zeker aanbevelen bij mijn collega’s.’
De coronacrisis heeft ons als Tweede Kamer met de neus op de feiten gedrukt dat we niet voorbereid waren op alle vragen rondom apps, digitaal samenwerken, en digitale veiligheid. Ons eindrapport, waarin we onder andere pleiten voor een vaste commissie voor Digitale Zaken, werd onlangs dan ook heel positief ontvangen. Deze onderwijsagenda komt daar op een mooi moment bovenop. Ik neem hem mee, en zal hem zeker aanbevelen bij mijn collega’s.’
Nationale Cyber Security Educatie Agenda
De kern van de actiegerichte Nationale Cyber Security Educatie Agenda wordt gevormd door een lijst van noodzakelijke huidige en toekomstige interventies in het cybersecurity (hoger) onderwijs om structurele verbeteringen te kunnen bewerkstelligen. De interventies zijn verdeeld over zes hoofdthema’s: voorbereiden, interesseren, professionaliseren, doceren, samenwerken, en verbreden. De vier thema’s professionaliseren, doceren, samenwerken en verbreden hebben betrekking op het hoger onderwijs. De andere twee hebben voornamelijk betrekking op het primair en voorgezet onderwijs en het mbo, om daar de benodigde randvoorwaarden te scheppen voor de in- en doorstroom naar het hoger onderwijs.
Lees de agenda hier